spaghetti

2e presentatie : Tom Smeets (BECI)


Tom Smeets werkt sinds enkele jaren voor het kenniscentrum van de Brusselse werkgeversfederatie BECI. Kunnen de economische ontwikkelingen in en rond de Brusselse haven en de metropolitane regio rond Brussel een antwoord bieden?

Het kanaal, Brussel en haar hinterland

Tom Smeets werkt al enkele jaren voor het kenniscentrum van BECI (Brussels Enterprises, Commerce and Industry). Daar zoekt hij onder meer naar een antwoord op de vraag of de economische ontwikkelingen in en rond Brussel een oplossing kunnen bieden voor het hoge percentage ongeschoolde, werkloze jongeren in de hoofdstad.

Één derde van de Brusselse jongeren is niet in het bezit van een diploma. Dit vormt een groot probleem, niet in het minst omdat de economie van Brussel een kennisintensieve economie is.

Smeets bekijkt 3 mogelijke oplossingen voor dit probleem: nieuwe werkgelegenheid aantrekken die geen kwalificaties vereist, de mensen brengen naar waar er werkgelegenheid is, of de mensen die het economisch moeilijk hebben meetrekken in de sterke economie die Brussel al heeft.

Nieuwe werkgelegenheid aantrekken is niet eenvoudig. Er is weinig ruimte voor nieuwe industrie-gebieden. Een mogelijke locatie is Schaarbeek Vorming, waar al industriële activiteiten aan de gang zijn. Er is hier echter een dynamiek in gang gezet vanuit het Gewest, dat de beschikbare ruimte voor economische en productieve activiteiten inperkt: ze wil op een groot deel van dit kanaalgebied nieuwe woningen laten bouwen.

In de Rand doet zich exact hetzelfde fenomeen voor: industrieterrein wordt omgevormd in zones voor wonen, kantoren en vrijetijd. Hierdoor gaat ruimte voor industriële productie en logistiek verloren in een zone die hiervoor geknipt is: gelegen aan het kanaal, de Ring, treinsporen en vlakbij Brucargo en de luchthaven vormt deze zone nu al een logistieke hub. Deze sectoren hier uitbouwen betekent het creëren van jobs op maat van laaggeschoolden. Dit fenomeen wordt nog versterkt door de concurrentie en het gebrek aan afstemming tussen de gewesten; zo zijn er bijvoorbeeld twee plannen om een shoppingcentrum te bouwen, op slechts enkele kilometers van elkaar, één in het Vlaams Gewest (Uplace), en één in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Under the Sky).

Een tweede piste, werkgelegenheid zoeken buiten Brussel, ligt voor de hand: Zaventem, Machelen en Vilvoorde genereren samen een kleine 100.000 jobs met, in tegenstelling tot Brussel, erg veel jobs voor arbeiders. Toch geraken veel Brusselaars nog niet tot hier: mobiliteits- en taalbarrières zijn echter meestal eerder psychologisch dan reëel.

De derde piste is voor Brussel een heel belangrijke. Brussel heeft een sterke stedelijke economie, die zich niet alleen beperkt tot de 19 gemeenten, maar zich uitstrekt tot in Vlaams Brabant. Volgens Smeets moeten we er alles aan doen om de economisch achtergestelde bevolkingsgroep hierin mee te trekken. Dat kan met behulp van een groot vormingsplan. Vorming blijft de snelste en meest duurzame opstap naar een veilige plaats in de samenleving. Het bestemmingsplan, dat nu in ontwikkeling is, moet een ook de productieve economie kansen geven en vooral veel aandacht geven aan overleg en communicatie met de buren.